Welke verwachtingen heb jij van jezelf?

Uit onderzoek blijkt dat de verwachtingen die je van jezelf hebt heel veel invloed hebben op je leerproces. Als je basisinstelling is “Dat gaat me lukken”, gebruik je de vaardigheden die je hebt sneller, waardoor je…. hoe kan ’t ook anders, steeds vaardiger wordt. Met als gevolg dat je meer zelfvertrouwen krijgt en eerder aan de slag gaat met iets nieuws. Je gaat weer een stap verder, stelt je doel hoger en leert dus meer. Dat versterkende effect werkt ook omgekeerd.  Als je weinig vertrouwen hebt in wat je kunt, zet je je vaardigheden minder snel in en geef je dus eerder de moed op. Waardoor je je vaardigheden ook niet verder verbetert.
En ’t bijzondere is dat dit dus vooral te maken heeft met hoe je naar je eigen vaardigheden kijkt. Niet zozeer met hoe vaardig je nu “objectief gezien” bent.
Albert Bandura, een Amerikaanse psycholoog die inmiddels de respectabele leeftijd van 92 jaar heeft bereikt, heeft in de jaren ’70 al onderzoek gedaan naar de zgn. self-efficacy beliefs, het geloof in eigen kunnen.

Hoe kun je dat vertrouwen in eigen kunnen versterken?

Zien leren doet leren

Bandura heeft ontdekt dat “zien leren, doet leren” werkt. Door te kijken naar hoe iemand iets doet stap je als het ware in de schoenen van een ander. Daarbij is ’t natuurlijk wel belangrijk dat je je herkent in wat iemand doet en dat het enigszins in jouw mogelijkheden ligt. Je kunt wel kijken naar een trapeze artiest van ’t Russisch staatscircus, maar dan zul je niet zo snel denken “Dat ga ik eens proberen, lukt vast!” . Een andere voorwaarde is dat je zelf het nut inziet van datgene wat je gaat leren.

En nu ben jij aan zet

De volgende stap is dat je het zelf gaat proberen. Dat doe je in kleine stapjes. Je krijgt daarbij ondersteuning door feedback van de ander en je krijgt de kans het opnieuw te proberen. De tip en herkansing zijn essentieel, anders blijf je met een onbevredigend gevoel zitten en laat je ’t wel uit je hoofd het nog een poging te wagen.

De stap in real life

Daarna begint het toepassen in ’t dagelijks leven. Dat is vaak veel ingewikkelder. Stel, je hebt geleerd hoe je in een overleg met collega’s rustig naar een ander kunt luisteren en daarna jouw idee kunt vertellen. Je ziet dat de bespreking uit gaat lopen, raakt gestrest want moet je kinderen bij oma ophalen. Je vindt dat je collega erg lang aan ’t woord is. Je denkt “Daar gaan we weer…ik kom er never nooit tussen”. Maar je wilt toch echt even je punt maken. Hup, je bent op slag vergeten hoe je het in de training ook al weer geleerd hebt. Juist dan is ’t belangrijk dat er momenten zijn waarop je terug kunt kijken naar je eigen gedrag. Dat kan door bijvoorbeeld praktijkopdrachten in te plannen en daar in een vervolgtraining  mee verder te gaan.

En hoe werkt dat “zelf proberen” in een training dan?

Dat doe je door praktijksituaties centraal te zetten en daar actief mee aan de slag te gaan. Het idee van een rollenspel schrikt meestal een beetje af. Heel begrijpelijk. Je krijgt het gevoel dat je “een kunstje leert”. Toch is dat niet zo. Als je echt in de praktijk stapt werk je aan gedragsverandering. Daar komen onderliggende gedachten, zoals die self efficacy beliefs, bij kijken. Door iets te proberen, niet praten over, maar “doen”, verandert je overtuiging mee.
Van “Oh nee”, naar “ Oké”  en “Go!” .